Ga direct naar de inhoud

Franchisewet: overgangsperiode tot 1 januari 2023

Franchisewet 2021.jpeg

Sinds 1 januari vorig jaar geldt de ‘Wet Franchise’. Deze verving de Franchisecode uit 2016 en is in het leven geroepen om de belangen van de franchisegever én -nemer meer in balans te brengen. ‘De Franchisecode uit 2016 had niet het beoogde resultaat,’ vertelt Simon Peereboom, adviseur inkomen bij ABN AMRO Verzekeringen: ‘De vernieuwde wet voorkomt een te machtige positie van de franchisegever. Voldoet u nog niet aan de wetgeving? Dan heeft u tot 1 januari volgend jaar de tijd om eraan te voldoen.’

Vervanging van de Franchisecode

Op 1 januari 2021 – alweer een jaar geleden – is de Franchisewet ingegaan. Deze wet vervangt de Franchisecode uit 2016, die zelfregulering in de branche (850 formules, 34.000 vestigingen en 375.000 werknemers) moest bevorderen. De code gaf handvatten om de relatie tussen franchisegevers en -nemers te stroomlijnen. Het gewenste resultaat bleef echter uit. Niet alleen was de code te algemeen geformuleerd en te beknopt: het had ook geen wettelijke basis. Het was dus niet verplicht om de code toe te passen. Daar brengt de Franchisewet sinds 2021 verandering in. 

 

Wat is het doel van de Franchisewet?

Het is de bedoeling dat de Franchisewet van 2021 de belangen van de franchisegever en -nemer meer in balans brengt. Het moet dus zorgen voor een evenwichtige samenwerking. Zonder deze wetgeving bestaat het risico op een te machtige positie van de franchisegever. 

 

Waaruit bestaat de wet?

De Franchisewet van 2021 moet de belangen van franchisegevers en -nemers meer in balans brengen. Als ondernemer heeft u tot 1 januari 2023 de tijd om aan alle eisen te voldoen. Om u op weg te helpen, benoemen wij hieronder de vier belangrijkste onderdelen. 

Precontractuele fase en ‘stand-stil’ periode

Met de Franchisewet wil de overheid de informatiepositie van de franchisenemer versterken. Voor het sluiten van een overeenkomst moeten de partijen onderling alle relevante algemene en financiële informatie uitwisselen. In het Burgerlijk Wetboek (art. 913 boek 7 BW) is vastgelegd welke informatie u ter beschikking moet stellen. Na een akkoord geldt een bedenktermijn van vier weken waarin geen tussentijdse, extra eisen gesteld mogen worden. 

Zorgplicht

In de financiële wereld horen we de term ‘zorgplicht’ steeds vaker. In de Franchisewet bekent dit dat beide partijen zich als een ‘goed franchisegever’ en een ‘goed franchisenemer’ gedragen. Zo moet de franchisegever relevante ondersteuning bieden. 

Deze plicht lijkt vooral in het leven geroepen om de bovenliggende partij (de franchisegever) te verplichten relevante ondersteuning te bieden in het uitvoeren van de formule.

Zorgplicht is een containerbegrip. Het ligt echter voor de hand dat, waar het gaat om de mogelijke risico’s van de franchisenemer, de franchisegever relevante informatie moet geven en ondersteuning moet bieden. Een verzekeringsadviseur kan hierbij een belangrijke schakel tussen franchisenemer- en gever vormen. 

Instemmingsrecht

In de Franchisecode stond niets vermeld over instemmingsrecht. Door uiteenlopende redenen kan het echter gewenst – of zelfs noodzakelijk – zijn om de franchiseformule aan te passen. Denk aan: investeringen, andere producten of wijzigingen in de kostenstructuur. Voor grote wijzigingen moet de franchisegever toestemming vragen aan zijn franchisenemers. Vooraf wordt er informatie gedeeld, zodat franchisenemers een weloverwogen beslissing kunnen nemen. Pas wanneer de meerderheid een akkoord geeft, kunnen de veranderingen worden doorgevoerd. 

Einde van de overeenkomst

Wordt een overeenkomst tussen franchisegever en -nemer beëindigd? In de Franchisewet van 2021 wordt de positie van de laatstgenoemde beschermd. Zo stelt het kaders rond het concurrentiebeding: maximaal 1 jaar en alleen voor het gebied waarin de franchisenemer werkzaam was. Ook gelden er regels bij de waardevaststelling bij verkoop van de onderneming door de franchisenemer aan de franchisegever. 

 

Wat moet u nog regelen? 

De Franchisewet geldt al voor alle nieuwe contracten. Lopende overeenkomsten hebben te maken met een overgangsperiode van twee jaar: op 1 januari 2023 moeten ook deze aan de nieuwe wet voldoen. Op die datum gaan ook de bepalingen over het concurrentiebeding, instemmingsrecht en de waardebepaling bij contactbeëindiging in. 

Simon Peereboom

Adviseur inkomen bij ABN AMRO Verzekeringen

    Ook interessant

    • wetgeving
    • verduurzaming

    • wetgeving
    • criminaliteit

    • wetgeving