1. Regel jouw sleutelbeheer
Als een dief een sleutel weet te bemachtigen, maak je het hem wel heel gemakkelijk. Je beperkt dit risico door gecertificeerde sleutels te gebruiken. Dat betekent dat je een certificaat of een pasje nodig hebt om sleutels bij te laten maken. Bovendien registreer je wie er allemaal een sleutel hebben en wie toegang heeft tot welke delen van je zaak.
Organisatorische maatregelen qua beveiliging
Van belangrijke toegangsdeuren mag slechts een beperkt aantal sleutels in omloop zijn. Zorg ook dat er geen sleutels liggen op plaatsen waar een inbreker ze verwacht. Maak je medewerkers medeverantwoordelijk door een sleutelcontract met ze af te sluiten. Een voorbeeldcontract vind je op de website over veilig ondernemen van het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV).
Meer tips en adviezen over sleutels en sluitingstijden lees je in het artikel ‘De veiligheidsrisico’s van sleutels en sluitingstijden’.
2. Zorg voor huisregels en discipline
Hoe compleet de technische maatregelen tegen diefstal ook zijn: zonder discipline en sluitende huisregels heb je er niks aan. Huisregels moeten antwoord geven op vragen als:
- wie mag waar komen?
- wanneer mag wie ergens komen?
- welke gegevens zijn voor wie toegankelijk?
- waar en hoe worden ze opgeborgen?
- wat is moeilijk vervangbaar en moet je daarom veilig opbergen voor brand en dieven?
De huisregels gelden voor personeelsleden, maar ook voor tijdelijke krachten, leveranciers en bezoekers. Zo weet iedereen waar hij aan toe is en waar hij anderen op kan aanspreken.