Ga direct naar de inhoud

‘De WBTR is een wake-upcall voor besturen’

WBTR wake-upcall.jpg

Per 1 juli 2021 is de WBTR (Wet Bestuur en Toezicht Rechtspersonen) van kracht. Deze nieuwe wet dwingt besturen van verenigingen en stichtingen hun zaken goed op orde te brengen. Daarmee wil de overheid fraude en wanbestuur terugdringen. Paul Wouters, woordvoerder van het Instituut voor Verenigingen, Branches en Beroepen (IVVB), doet een oproep aan alle bestuurders van Nederland: ‘Ga goed na of en welke risico’s u loopt en onderneem waar nodig actie.’

Bewust van risico’s

Het IVVB hoopt dat de WBTR voor veel verenigings- en stichtingsbesturen een wake-upcall is. Paul Wouters: ‘Er zijn al te veel pijnlijke gevallen veroorzaakt door één bestuurder. Daarom vinden wij het heel belangrijk dat bestuurders zich bewust worden van de risico’s op het gebied van fraude, wanbestuur en aansprakelijkheid.’ De WBTR dwingt besturen nu om die risico’s te minimaliseren. Dat kan door zaken goed te regelen en goede afspraken te maken. ‘Zorg er bijvoorbeeld altijd voor dat twee mensen betalingen moeten goedkeuren en dat ze allebei toegang hebben tot de betaalrekening.’  

 

Hoger aansprakelijkheidsrisico

Het risico dat een bestuurslid verkeerde beslissingen neemt of fraude pleegt, was er altijd al. Het risico op aansprakelijkheid is met de komst van de WBTR groter geworden, doordat in de wet bestuurdersaansprakelijkheid is aangescherpt. Wanneer één bestuurder financiële schade veroorzaakt - bijvoorbeeld door een malafide aannemer in te schakelen of verenigingsgeld voor privé-uitgaven te gebruiken - kijkt de rechter of dat kon gebeuren doordat het bestuur zijn zaken niet goed op orde heeft. Wanneer dat het geval is, kan de rechter alle bestuursleden hoofdelijk aansprakelijk stellen. Wouters: ‘Voor dat risico is het een geruststellende gedachte dat u een goede bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering heeft.’

 

Goede afspraken

Paul Wouters heeft de afgelopen maanden veel bestuurders gesproken over de risico’s die ze lopen. ‘In sommige verenigingen blijken behoorlijke bedragen om te gaan. Denk aan een watersportvereniging die ook de havengelden int. Het bestuur bestaat meestal uit goedwillende vrijwilligers, die weinig of geen zakelijke expertise hebben. Dan kan er dus weleens iets mis gaan. En zelfs met een kleine kas moet een bestuur nadenken over de risico’s. Wanneer het onderling vertrouwen eenmaal is geschaad, heeft dat een heel groot negatief effect op de vereniging. Dat kun je voorkomen door vooraf goede afspraken te maken.’ 

 

Statuten aanpassen

Wanneer die goede afspraken er zijn, is de volgende vraag: zijn de statuten WBTR-proof? Zo niet, dan heeft u vijf jaar de tijd om ze aan te passen. Daarvoor zult u naar de notaris moeten. Het stappenplan dat u vindt op www.wbtr.nl is gemaakt in samenwerking met juristen en een notaris. Wouters: ‘Besturen die het stappenplan volgen, hoeven daardoor niet zelf een jurist in te schakelen om te weten wat de WBTR voor ze inhoudt.  Dat geldt ook voor de standaard statuten die je kunt vinden in het stappenplan. Wanneer je die gebruikt, hoef je alleen de formalisering door de notaris te betalen; dat scheelt hoge advieskosten.’ 

 

Hoe verlaagt u bestuursrisico’s?

Het is nu dus vooral belangrijk om uw bestuursrisico’s te verlagen door goede afspraken te maken en die vast te leggen in de statuten. Daarnaast is het verstandig een bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering af te sluiten. Uw verzekeringsadviseur vertelt u daar graag meer over. 

Geschreven door

Ook interessant

Wat is een AVB?

  • aansprakelijkheid