Is de VvE volgens de wetgeving verplicht laadpalen te plaatsen?
Laadpalen zijn regelmatig een punt van discussie binnen een VvE. Sommige leden willen elektrisch gaan rijden en daarom laadpalen bij het gebouw of in de parkeergarage. Andere leden vinden het plaatsen van laadpalen kostbaar en gevaarlijk. Daarom is het voor het bestuur goed om te weten dat je als VvE in sommige gevallen wettelijk verplicht bent om laadpalen te plaatsen.
‘Dat heeft de overheid beslist om elektrisch rijden te stimuleren,’ legt Henk-Jan uit. ‘Wanneer een appartementencomplex met meer dan tien parkeerplaatsen nog gebouwd moet worden of ingrijpend gerenoveerd wordt, is de VvE wettelijk verplicht om aanlegmogelijkheden voor laadpunten te installeren. Zo moeten ze bij ieder parkeervak een kabelgoot of loze leiding aan laten leggen. Komen er naast woningen ook kantoren, winkels of andere bedrijven in het gebouw? Dan moet er naast een kabelgoot of loze leiding bij ieder parkeervak, ook minimaal één parkeerplaats met een laadpaal komen. Deze regel geldt niet alleen voor inpandige parkeergarages, maar ook voor parkeerplaatsen in de openlucht.’
Hoe zit dat in een bestaand gebouw?
‘Als een bewoner een laadpaal wil bij een bestaand gebouw, is het wel zo (milieu)vriendelijk dat de VvE dat mogelijk maakt en daar een stroomvoorziening voor levert,’ vervolgt Henk-Jan. 'Dit voorkomt bovendien dat bewoners hun elektrische auto's gaan opladen met een thuislader via het 230V-stopcontact. Dat is namelijk veel brandgevaarlijker dan het gebruik van een vaste AC-laadpaal. Wat veel bewoners en ook VvE-bestuursleden vaak niet weten, is dat het gebruik van dit type opladers in een gebouw wettelijk ook niet is toegestaan.’
Zelf plaatsen. Mag dat?
Als een eigenaar zelf een laadpaal wil aanleggen, dan heeft het VvE-lid daar geen toestemming meer voor nodig van het bestuur. De eigenaar hoeft alleen het VvE-bestuur op de hoogte te brengen van plaatsing; het bestuur kan toestemming niet weigeren. Deze zogenoemde notificatieregeling is op 1 januari 2026 ingegaan.
Maar ook zelf geplaatste laadpunten moeten uiteraard aan de wettelijke eisen voldoen. Eén van die eisen voor laadpunten in een parkeergarage is een goed bereikbare noodstop waarmee de stroom in één keer van alle oplaadpunten afgeschakeld kan worden. Ook moet er een plattegrond zijn waarop alle laadpunten staan vermeld.
Henk-Jan vindt het verstandiger om de laadpalen in goed overleg te laten aanleggen en daar ook centrale (stroom)voorzieningen voor te realiseren. Dat noemen we een basislaadinfrastructuur: ‘Dan weet je als VvE zeker dat de stroomvoorziening van het gebouw het plaatsen van laadpalen aankan en houd je er grip op dat aan de wettelijke voorwaarden wordt voldaan. Bovendien kun je dan als VvE in de parkeergarage aanvullende preventiemaatregelen treffen. Die kunnen nodig zijn om brand in een elektrische auto aan een laadpaal te beperken én te zorgen voor een veilige vluchtweg. Daarnaast kan de VvE subsidie krijgen voor advies en een basislaadinfrastructuur.’
Meer informatie vind je op deze website van de overheid: 'Subsidie voor oplaadpuntenadvies en basislaadinfrastructuur'.
Hoe dragen laadpalen bij aan een beter milieu?
Als het aan Henk-Jan ligt, plaatsen alle VvE's in Nederland laadpalen: ‘Zo maken ze het eigenaars mogelijk om elektrisch te rijden, waardoor er minder fossiele brandstoffen nodig zijn. Dat scheelt een berg CO2-uitstoot. Ook Nationale-Nederlanden en ABN AMRO Verzekeringen willen bijdragen aan de energietransitie. Dat doen we door investeringen in verduurzaming te stimuleren. Bijvoorbeeld door zonnepanelen en laadpalen mee te verzekeren. Die zorgen allebei voor een hoger brandrisico. We zijn bereid dat hogere risico te nemen, als we daarmee kunnen bijdragen aan de verduurzaming van Nederland.’
Waarom leiden laadpalen tot een hoger brandrisico?
‘Het gaat vooral om de elektrische auto aan de laadpaal. Als de auto om wat voor reden dan ook vlamvat, brandt die vele uren langer dan een auto op diesel of benzine,’ legt Henk-Jan uit. De kans dat een elektrische auto in brand vliegt, is overigens net zo klein als die voor een auto op diesel of benzine.’
Extra brandgevaar voor parkeergarage
Dat langer branden is vooral een probleem als de auto in de parkeergarage staat. Henk-Jan: ‘Als een auto heel lang brandt en er daardoor ook meer auto’s gelijktijdig in brand komen te staan, kan dat de draagconstructie van het gebouw aantasten. Er zijn voorbeelden van appartementencomplexen met parkeergarages die gesloopt moesten worden na een brand met elektrische auto’s. De draagconstructie was zodanig aangetast dat er instortingsgevaar was ontstaan. Herstel is vaak duurder dan nieuwbouw. Als de schade nog hersteld kan worden, duurt dat vaak jaren. Die voorbeelden zijn gelukkig nog op één hand te tellen.’
Hoe kun je het brandrisico in de parkeergarage verkleinen?
Om dat hogere brandrisico zoveel mogelijk te beperken, heeft Henk-Jan drie waardevolle preventietips voor VvE's die laadpalen willen plaatsen.
1. Plaats laadpalen bij de in- en uitgang van de parkeergarage.
‘Dat maakt het voor de brandweer makkelijker om de brandende auto te koelen. Een elektrische auto blussen gaat niet, maar door te koelen kan de brandweer uitbreiding van de brand en schade aan het gebouw voorkomen. Soms sleept de brandweer de auto naar buiten om hem daar in een dompelbak te plaatsen. Nog veiliger is het om de laadpalen buiten de parkeergarage of op het parkeerdek te plaatsen.’
Let op: je kunt de plaats van de laadpalen alleen kiezen bij nieuwbouw. Bij een bestaand complex kan dat niet meer, want bewoners hebben vaste parkeerplaatsen. Die zijn zelfs in het kadaster vastgelegd.
2. Laat een sprinkler- of mistinstallatie plaatsen.
‘Zo’n installatie is heel effectief om de brand beheersbaar te houden en kan grotere schade voorkomen. Mist is gek genoeg nog effectiever: hoe kleiner de druppels, hoe groter het koelend vermogen. Je moet er wel voor zorgen dat de stroom automatisch uitschakelt als de installatie gaat sproeien. Anders blijf je energie toevoeren aan een brandende auto. De stroom moet er ook af om te voorkomen dat er op een andere plek kortsluiting ontstaat en daarmee een nieuw brandrisico.’
Let op: vanaf 1 januari 2024 verplicht het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) - daarvoor bekend als het Bouwbesluit - de aanleg van een sprinkler- of mistinstallatie voor nieuwe hoogbouw: vijf verdiepingen of meer. ‘Wel mag je als VvE kiezen voor een goedkopere, maar gelijkwaardige oplossing om veiligheid van bewoners te garanderen,’ voegt Henk-Jan toe. ‘Denk aan de aanleg van extra vluchtwegen. Wij adviseren een blusinstallatie, omdat je daarmee niet alleen zorgt voor een veilige vluchtweg, maar ook de schade aan het gebouw beperkt.’
3. Plaats brandwerende schotten.
Een betonnen wand tussen de parkeerplaats met laadpaal en naastgelegen parkeerplaatsen voorkomt brandoverslag. ‘En door het plafond en de wanden van de garage te voorzien van brandwerende beplating, beperk je de impact die de brand op de gebouwconstructie heeft en daarmee de schade aan het gebouw. Ook geef je hiermee de brandweer meer tijd om de brandende auto te verwijderen.’
4. Laat elektrische installaties voor laadpalen regelmatig inspecteren.
Laadpalen gebruiken erg veel stroom. Dit kan mogelijk overbelasting van de elektrische installatie veroorzaken. Eén slechte verbinding in combinatie met de grote stroom kan een groot brandgevaar veroorzaken. De VvE kan besluiten om iedere vijf jaar de basislaadinfrastructuur en de laadpalen van de individuele eigenaren te laten inspecteren door een SCIOS Scope 10 inspectiebedrijf.
Wat zijn de gevolgen voor de verzekering van het gebouw?
Wil je weten wat de gevolgen zijn voor de gebouwenverzekering van jouw VvE? Vraag het aan je verzekeringsadviseur.
Voor starters